Kitty Glaser

Karin Bruens

Kitty wordt op 27 juni 1919 geboren in Nijmegen als jongste dochter van Eliazer Jonas Glaser (brood- en banketbakker) en Reintje Sanders. Haar zusje was Regina Kaatje (25-1-1911). Ook had ze een oudere en twee jongere broers. In 1923 overleed haar vader.

Toen de oorlog begon was Kitty 21 jaar. Samen met haar zus dook ze onder in Kamerik. Regina woonde vóór haar onderduik in Arnhem en was stenotypiste. Kitty werkte als hulp in de huishouding in Nijmegen. Hun moeder was op 11 januari 1943 op transport gezet van Westerbork naar Auschwitz, waar zij op 14 januari vergast is. Ook hun broer Jacob was al op 28 september 1942 samen met zijn vrouw Lilian op transport naar Auschwitz gezet, waar beiden 2 dagen later in de gaskamer stierven.

Kitty en Regina kregen in Kamerik onderdak in het kleine, inmiddels niet meer bestaande huisje van arbeider Reumerman aan Teckop 37, vlak bij de gemeentegrens met Kockengen. Dat werd hen in januari 1944 noodlottig. Aan de Kockengse kant was een schaap gestolen en de veldwachters van de gemeenten Kockengen en Kamerik gingen op onderzoek uit. Aan de Kamerikse kant van de grens deed veldwachter Van der Vlis, een man met sterke sympathieën voor het nationaalsocialistische gedachtengoed, naspeuringen. Zo kwam hij op 15 januari in het huisje van Reumerman. "Aha" moet hij geroepen hebben toen hij daar de twee zusjes vond. Die smeekten hem hen te laten gaan. Van der Vlis liet echter een auto komen, waarmee de onderduiksters werden weggevoerd. Zij kwamen in Westerbork terecht en al op 22 januari werden zij op transport naar Auschwitz gezet, waar hen op 28 januari de gaskamer wachtte. Reumerman vluchtte en ontkwam zo aan zijn arrestatie.

https://www.kamerikvandaag.nl/wp-content/uploads/KV-Bevrijdingsnummer-2020-Web.pdf

Foto1: https://www.myheritage.nl/research?s=253538461&action=query&formId=master&formMode=1&qname=Name+fn.kitty+fnmo.2+fnmsvos.1+fnmsmi.1+ln.glaser+lnmo.3+lnmsdm.1+lnmsmf3.1+lnmsrs.1

Foto 2,3,4: Karin Bruens