Nathan Cohen
Geboren:
Den Haag,
Vermoord:
Sobibor,
Bereikte de leeftijd van
40 jaar
Beroep: Onderwijzer
Blasiusstraat 6 bovenhuis, Amsterdam
Uit de Blasiusstraat is een onvoorstelbaar aantal joodse mensen vermoord: 1400.
Zomaar een voorbeeld.
Op nummer 6 was een bovenwoning met twee verdiepingen, daar woonde in de oorlog op elke verdieping een familie. De onderste verdieping werd bewoond door het echtpaar Penina Cohen-Onderwijzer (1899) en Nathan Cohen (1903) en hun twee kinderen: Benjamin (1932) en Eva (1933). Ook Betty de Haan (1921) woonde bij het gezin, zij was een dochter uit een eerder huwelijk van Penina met Meijer de Haan.
Penina Onderwijzer was een dochter van rabbijn Abraham Onderwijzer (1862-1934) en Lea Wagenaar (1870-1932). Haar eerste huwelijk was met Meijer de Haan. Meijer was een broer van Jacob Israël de Haan (1881-1924), journalist, schrijver, dichter, publicist, rechtsgeleerde en (anti-)zionist en van Carolina Lea de Haan (1881-1932), bekend als de schrijfster Carry van Bruggen. Penina en Meijer kregen twee kinderen: Betty (1921) en Abraham (1923).
Na het overlijden van Meijer trouwde Penina met Nathan Cohen. Penina was actief bestuurslid van een joodse vrouwenvereniging, Nathan was hoofdonderwijzer op de Palacheschool, op de Lepelkruisstraat in Amsterdam. Samen kregen zij twee kinderen: Benjamin (1932) en Eva (1933).
Penina, Nathan, Benjamin en Eva zijn op 23 juli 1943 vermoord in Sobibor. Betty is vermoord op 12 februari 1943 in Auschwitz. Zij werkte in Apeldoorn in de inrichting voor geestelijk gehandicapten die door de nazi’s gruwelijk werd ontruimd.
Nadat de bovenwoning op Blasiusstraat 6 door de nazi’s was ontruimd werd het huis gretig in beslag genomen door een NSB-familie die daar tot 1988 bleef wonen.