Irma Koster-de Wolff
Geboren:
Doetinchem,
Vermoord:
Auschwitz,
Bereikte de leeftijd van
42 jaar
Verdistraat 6 huis, Amsterdam
Van Doetinchem naar Amsterdam
Voor de publicatie Namen en Nummers op het Kastanjeplein (2012-2021) ontving ik een donatie van het Koster-de Wolff fonds, een fonds dat is ondergebracht is bij Ars Donandi, een koepelstichting voor filantropische fondsen. Het Koster-de Wolff fonds is opgericht als blijvende herinnering aan de ouders, de twee broers en het zusje van de oprichter, die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn gedeporteerd en vermoord in Auschwitz. Als enige van dit gezin overleefde de oprichter Lodewijk Hugo (Lodi) de bezetting. Inmiddels is hij in 2018 overleden in Hoorn, hij werd 83 jaar. Het is op zijn plaats om eer te betonen aan deze familie op Namen en Nummers NL, het project dat ik heb opgezet.
De moeder van Lodi heette Irma de Wolff en kwam uit Doetinchem, waar ze op 27 januari 1900 geboren werd. In 1918 verhuisde ze met het gezin naar de Van Nispenstraat, een prachtige straat, ik vond er een foto van. Ze trouwde in 1927 met de accountant Joseph Koster en kreeg drie zoons: Jacob (1936), Lodi (1933), Meijer (1927) en een dochter Mathilde (1929), vernoemd naar haar eigen moeder, die in 1936 op 69-jarige leeftijd overlijdt, getuige het familiebericht in de krant. Irma’s vader Mozes wordt 80 jaar. Ook Lodi is vernoemd, naar zijn oom Lodewijk Hugo, die op 25-jarige leeftijd in Soerabaja aan tyfus overleed. Hij werkte daar als controleur bij de PTT, het Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie.
Tragisch
Heel tragisch is het verhaal over Irma’s zus Alice. In december 1938 wordt Alice, dan 40 jaar, vermist in haar woonplaats Doetinchem. Een wanhoopsdaad wordt niet uitgesloten en er verschijnen opsporingsberichten in diverse kranten. Uit oude rekeningen blijkt dat Alice in dat jaar het boekje 'Het Hakenkruis over Europa' kocht door A. den Doolaard, over de dreiging van het nationaal-socialisme. Leed Alice aan depressie en is dat verergerd door wat zij las over het lot van Joden in het buitenland? Weken later, op 17 januari 1939, is haar lichaam gevonden in de IJssel onder Olburgen bij Doesburg-Steenderen.
Of Irma uit het provinciale Doetinchem zich in de hoofdstad heeft thuis gevoeld kan ik niet zeggen. Ze woonden wel in een riant huis (zie foto) in de Verdistraat in Amsterdam-Zuid, een rijke buurt. Op de beeldbank van het Amsterdams Archief vond ik een foto van hun huis op de hoek van de Stadionweg. Op Joods Monument staat een foto van Irma met haar man. Ze wandelen op een boulevard in een mediterrane stad. Dat laat ook zien dat ze welvarend waren. Ook de vele familieberichten in diverse kranten die ik op Delpher vond getuigen daarvan.
Irma’s hele familie is vermoord, op haar zoon Lodi na. Over Lodi heb ik bijna niets kunnen vinden: enkel een registratie op in het Stadsarchief Amsterdam, en een overlijdensbericht in Hoorn. Het voelt eenzaam, alsof Lodi onder de radar wilde blijven. Een begrijpelijke reactie op de oorlog. Had hij een beroep, heeft hij zijn leven weer op kunnen pakken? Dat hij het fonds opgezet heeft duidt erop dat hij geld had. Is dat familiegeld geweest of heeft hij vermogen opgebouwd door werkzaamheden? Ik hoop dit nog te weten te komen.