Herman de Winter
Geboren:
Den Bosch,
Vermoord:
Sobibor,
Bereikte de leeftijd van
10 jaar
Korte Tolbrugstraat 45, Den Bosch
Herman was het op een na jongste zoontje van Leendert de Winter en zijn vrouw Esther Zeldenrust. Hij is nog net geen acht jaar oud wanneer Nederland wordt bezet in mei 1940. Vanaf het jaar erna worden allerlei anti-Joodse maatregelen ingevoerd, waar ook hij als kind onder moet hebben geleden. Zo kon hij niet zo maar op een fiets stappen, want Joodse Nederlanders mochten niet meer zonder toestemming vervoermiddelen bezitten. Mocht het gezin een dagje weg willen, dan kon dat niet want ze mochten niet meer zonder verlof reizen. Wie het toch deed en werd 'betrapt', werd gearresteerd.
Herman mocht ook geen lid zijn van een niet-Joodse vereniging zoals bijvoorbeeld de padvinderij. Naar het Prins Hendrikpark, dat een jaar voor zijn geboorte was geopend voor alle Bosschenaren en buitenlui, mocht niet meer: parken en plantsoenen waren verboden terrein. Als ze thuis al een radio hadden was dat nu niet meer mogelijk, want alle Joodse Nederlanders moesten hun radiotoestel inleveren. Hij mocht niet zo maar het Bossche stadhuis of andere openbare gebouwen binnen lopen, want ook dat was verboden.
Hij kon dat ook niet doen zonder op te vallen. Vanaf 2 mei 1942, hij is dan nog net geen tien jaar oud, moest iedere Joodse Nederlander, volwassenen én kinderen vanaf zes, de gele ‘Jodenster’ dragen, en dan wel duidelijk zichtbaar. Zo waren er nog veel meer dingen die niet meer mochten. Zijn oudste zus Rebecca was in 1936 getrouwd met een katholieke man – ook dat werd verboden: trouwen met niet-Joden mocht niet meer.
Hermans Hebreeuwse naam staat in het geboorteregister van de Joodse gemeente in groene inkt in de kantlijn: Chaim, wat ‘leven’ betekent. Zijn leven is gewelddadig tot een einde gekomen, maar op de naambordjes van iedereen in zijn familie is een ‘ets chaim’ of levensboom te zien; gekozen opdat ze voor altijd voort mogen leven in herinnering.
Literatuur
Marijke Bus & Davy Velleman, Het gedroomde leven, abrupt voorbij : een kroniek van het joods lagere schooltje en het Joodsch Lyceum. Den Bosch 1995
Max Cahen, In vrede en vriendschap, sholoum vereinchous, een kleine kroniek van de vooroorlogse joodse gemeenschap in ’s Hertogenbosch. ’s-Hertogenbosch, Aldus, 2014.