Heintje Coppenhagen-Coppenhagen
Geboren:
Amsterdam,
Vermoord:
Sobibor,
Bereikte de leeftijd van
73 jaar
Swammerdamstraat 73 I, Amsterdam
Heintje wordt in 1869 geboren als tweede kind van Raphaël Jacob Coppenhagen en Marianne Kleerkoper. Haar zusje Aaltje is twee jaar ouder. Twee dagen voor haar tweede verjaardag krijgt ze haar eerste broertje: Jacob. Maar het gezin is dan nog lang niet compleet: in de volgende 9 jaren worden broer Gompel en zussen Clara, Branca en Sara geboren. Het gezin woont op verschillende adressen in het centrum van Amsterdam: in de Moddermolensteeg, St. Anthoniebreestraat en Rapenburgerstraat. Heintje's vader is koopman en later kassier.
Op 1 februari 1904 trouwt Heintje in Weesp met Jacob Coppenhagen. Twee weken later vestigt het kersverse echtpaar zich weer in Amsterdam en woont op diverse adressen. Jacob is één jaar ouder dan Heintje en diamantbewerker van beroep. Ruim tien maanden na het huwelijk wordt hun zoontje Samuel geboren, vernoemd naar Jacobs vader. Hun tweede zoontje, dat een kleine anderhalf jaar later wordt geboren, wordt vernoemd naar Heintje’s vader Raphaël.
Als Heintje 53 is, in 1923, overlijdt haar echtgenoot. Het gezin woont op dat moment op Blasiusstraat 60 eenhoog. In 1933 trouwt Raphaël met Rachel Cohen. Drie jaar later trouwt Samuel met Cato Goudsmit. Heintje krijgt helaas geen kleinkinderen uit deze huwelijken.
Nadat in november 1936 ook Samuel is getrouwd en het huis heeft verlaten, blijft Heintje alleen achter op de Blasiusstraat. Een jaar later verhuist ze naar Mauritsstraat 6 huis. In 1939 woont ze een paar maanden op Amstellaan 84 tweehoog voordat ze eind augustus dat jaar naar Swammerdamstraat 73 eenhoog verhuist. Hier trekt ze in bij haar jongere zus Clara, die net weduwe is geworden. Een paar jaar eerder was hun broer Gompel ook al op dit adres komen wonen, zodat ze nu met z’n drieën zijn.
Van de overige broers en zussen is dan alleen Branca nog in leven. Zij overlijdt tijdens de oorlog, op 9 mei 1942. Op Joods Monument staat aangegeven dat ze zelfmoord heeft gepleegd. Zij laat haar man, twee dochters, schoonzoons, een kleindochter van 14 en kleinzoon van 13 jaar achter. Zij worden later allemaal gedeporteerd en vermoord door de nazi’s.
Op 13 april 1943 wordt Heintje samen met Clara en Gompel gedeporteerd naar Kamp Westenbork. Op 20 april wordt ze samen met Gompel (en mogelijk ook met Clara) naar Sobibor gedeporteerd, waar ze bij aankomst op 23 april direct worden vermoord. Heintje is dan 73 jaar oud.
Kort daarna, op 20 juni 1943, worden haar zoon Samuel en schoondochter Cato naar Kamp Westerbork gedeporteerd. Op 29 juni worden ze op transport gezet naar Sobibor, waar ze direct na aankomt op 2 juli 43 worden vermoord. Zij zijn dan 38 en 34 jaar.
Zoon Raphaël en schoondochter Rachel worden op 21 juni 1943 naar Kamp Westerbork overgebracht. Meer dan een half jaar later, op 15 februari 1944, worden zij naar Bergen-Belsen gedeporteerd. Vandaaruit wordt Raphaël op 4 december 1944 naar Extern Kommando Oranienburg gedeporteerd en vermoord. Hij is dan 38 jaar oud. Rachel wordt één dag na Raphaël uit Bergen-Belsen gedeporteerd, naar Ravensbrück. Zij overleeft de oorlog en komt via Zweden op 26 november 1945 terug naar Amsterdam.