Catharina Mendels
Geboren:
Tilburg,
Vermoord:
Sobibor,
Bereikte de leeftijd van
19 jaar
Goirlesche Weg 60, Tilburg
Het verhaal van Catharina (Rini) Mendels begint bij haar vader Emanuel Mendels (Almelo, 1893) die in 1919 in Deventer trouwt met Martha Engels (1897). Na de Eerste Wereldoorlog gaan ze in Tilburg wonen in de Tuinstraat en begint vader de kartonfabriek Atlanta in het centrum van de stad. Ze leveren vooral aan de schoenindustrie. Het bedrijf wordt een bloeiende onderneming aan de Korvelseweg. Het karton wordt met name gebruikt in de schoenindustrie. Oudste dochter Kitty wordt in 1920 geboren. Rini wordt in 1923 en broer Don in 1928 geboren op de Ringbaan–Oost 61. In 1937 wonen ze in een statige villa op de Bredaseweg 422 en daar wordt zusje Marret geboren.
In de wereld neemt de spanning toe als gevolg van de Duitse dreiging. In Tilburg komen veel gevluchte Joodse gezinnen wonen. Vader Emanuel laat onder zijn villa een kleine schuilplaats aanleggen. Bij de Mendels thuis speelt religie geen belangrijke rol. Ze zijn wel betalend lid van de synagoge in de Willem II straat.
Rini gaat, net als haar zus en broer, zoals bijna alle Joodse kinderen uit de stad, naar de Openbare Lagere School in de Korte Schijfstraat nr. 3, de latere Vuurvogel. Rini en Don komen voor op een aantal klassenfoto’s. Kitty, de oudste zus van Rini, woont in het begin van de oorlog in Utrecht en volgt daar een verpleegstersopleiding. Rini gaat naar de middelbare school in Breda en broer Donald zit in 1939-1940 op de Rijks-HBS Willem II aan de Ringbaan–Oost. Rini en haar vader rijden graag paard en zijn lid van de Tilburgsche rijvereniging “Hippos”. Al snel naar de Duitse inval in 1940 neemt vader zijn voorzorgsmaatregelen.
Op 20 november 1940 vordert de Duitse Wehrmacht officieel de villa van Mendels aan de Bredaseweg. Nu gaan ze wonen in een woning aan de Goirleseweg 60. Het gezin krijgt te maken met alle door de Duitsers ingevoerde regels en beperkingen. Zo mag broer Don niet terug naar de HBS. In 1942 komt het bedrijf Atlanta in handen van een Duitse bewindvoerder. De familie probeert naar Zwitserland te vluchten maar dat mislukt. Ze keren weer terug naar Tilburg. Waardepapieren worden in bewaring gegeven bij buren en ook in de grond begraven. In augustus 1942 zouden de eerste massale deportaties plaats vinden in Brabant maar de familie Mendels wordt vrijgesteld i.v.m. ziekte van de oudste zus. Op 29 september wordt vader gearresteerd en naar kamp Westerbork overgebracht. Waarschijnlijk duikt de rest van het gezin onder. De chauffeur van vader (Minus Voeten) slaagt erin hem uit Westerbork te laten ontsnappen. Vader en moeder worden naar een adres in Breda gebracht. Ook haalt deze zelfde Minus zus Kitty uit Utrecht. Rini wordt samen met haar broer naar een adres in Tilburg gebracht. Minus fingeert als een soort koerier. Hij brengt berichtjes, kadootjes en handwerkjes over en weer.
Op 10 maart 1943 worden vader en moeder en zus Kitty opgepakt door de Sicherheitsdienst. Ze zijn verraden. Kitty en haar moeder worden meteen overgebracht naar Kamp Westerbork. Vader zit in het huis van bewaring maar wordt daar al snel naar Kamp Westerbork gebracht. Zij vertrekken met verschillende transporten naar Sobibor en worden daar in maart en april 1943 omgebracht. Intussen zitten Rini, met haar broer en jongste zus samen ondergedoken in de Groenstraat in Tilburg. Op de valreep wordt Marret (5 jaar) naar een ander adres in Rotterdam gebracht. Rini en haar broer worden, ook na verraad, op de ochtend van 3 mei 1943 van hun bed gelicht door de beruchte politieagent Piet Gerrits. Eerst werden zij naar Kamp Westerbork barak nr. 60 gebracht. Op 14 mei zijn Rini en haar broer vermoord in Sobibor. Marret heeft haar familie nooit meer gezien. Zij overleeft door de zorg van Dominicus Voeten en zijn oudere zuster, als Maartje Voeten.
Het kartonbedrijf heeft nog bestaan tot 1982, onder de naam Van Opstal-Atlanta.
Voor het huis op Bredaseweg 422 zijn struikelstenen aangebracht. Ook zit er in het huis een gedenksteen met de afgekorte namen van de kinderen: Ki-Ri-Don Mendels.