Daniel Vleeschhouwer

René Boon (neef Daniël) en Brigitte Boon - van der Mark

Daniël was de jongste zoon van Michel Vleeschhouwer en Anna Maria Schaap. Net als zijn ouders, zijn drie zussen en een aantal van zijn broers, zat Daniël in het verzet.

Op 4 augustus 1943 werd een inval gedaan in de Swammerdamstraat 25-huis. Vader Michel werd opgepakt, net als zijn neven Michiel Leendert Vleeschhouwer (1915-2000) en Salomon Vleeschhouwer (1898-1944) met hun vrouwen Lena Vischjager (1918-1944) en Vrouwtje Slier (1899-1944). Zij zaten bij het gezin in de kelder ondergedoken. Daniël was toen niet thuis.

Tien dagen na de inval kwam vader Michel aan in Westerbork, waar hij in barak 61 werd ondergebracht. Moeder Anna heeft geprobeerd hem uit Westerbork te krijgen, onder meer door aan te tonen dat hij gemengd gehuwd was - maar kennelijk tevergeefs.

Daniël werd samen met zijn broers Jacob en Leendert op 18 oktober 1943 gearresteerd. Jacob werd opgepakt “in een tuin grenzende aan de achterzijde van een der woningen van de Muiderschans, terwijl de andere drie werden aangetroffen in perceel Muiderschans 54 zijnde een door Joden verlaten perceel.” De derde persoon was een niet-Joodse man. Zij probeerden met de sleutels die ze van de oud-bewoners hadden gekregen, spullen in veiligheid te stellen voordat de woningen werden 'gepulst' *(leeggehaald).

De drie broers werden op 28 januari 1944 ondergebracht in strafbarak 67 in Westerbork en op 3 maart gedeporteerd naar Auschwitz, net als hun vader Michel. Daar werden Daniël, Leendert en Jacob bij aankomst op twee dagen later voor 'werk' geselecteerd, vader Michel voor de gaskamers, waar hij de volgende dag werd vermoord. De broers hebben alledrie als overlijdensdatum 31 juli 1944 gekregen. Jacob zou in Auschwitz vermoord zijn, Leendert en Daniël ergens in Europa.

Na de oorlog werd door de nabestaanden niet meer gesproken over de oorlog en de overleden familieleden. Daardoor is er verder niets bekend over Daniël. Er is zelfs geen foto.

Bronnen: Stadsarchief Amsterdam, Arolsen Archieven, Westerbork.

* Noot van de redactie: Het werkwoord 'Pulsen' kwam van de naam Abraham Puls die een verhuisbedrijf had. Het lidmaatschap van de NSB leverde hem in de oorlog de opdracht van de bezetter op om de Joodse inboedels met zijn verhuiswagens op te halen en af te leveren aan de Oostelijke Handelskade, in het pakhuis Argentinië (is afgebroken). Daar werden de inboedels opgeslagen om later met vrachtschepen naar Duitsland vervoerd te worden en daar verdeeld te worden als ‘Liebesgaben’ onder de Duitsers die door bombardementen hun inboedels hadden verloren.