Rebecca Coster-Swaap

Karin en Cor

Rebecca Swaap is de middelste uit een gezin met drie dochters. Een oudere zus Helena (getrouwd met van Dam, 1897-1942) en een jonger zusje Sara (getrouwd met Polk, 1911-1943).

Haar vader Hartog Swaap was diamant splijter en slijper van beroep. Later is hij als tabaksstripper gaan werken, waarschijnlijk in de sigarenhandel van zijn schoonzonen Simon van Dam (getrouwd met Helena) en Abraham Coster (man van Rebecca). Haar moeder Schoontje Rijne is 25 jaar oud als Rebecca wordt geboren. Helena is dan twee jaar. Zusje Sara liet nog elf jaar op zich wachten. Ze werd vast vertroeteld door haar oudere zusjes. 

Rebecca leerde sigarenmaker Abraham Coster kennen en het jonge stel trouwde op 8 augustus 1922 in Amsterdam. Vanaf 1926 runden ze een sigarenhandel aan de Eerste Oosterparkstraat 169. Of ze daar al direct na hun huwelijk zijn gaan wonen is niet bekend. 

Zoon Jacob wordt op 5 maart 1923 geboren, hoogstwaarschijnlijk vernoemd naar zijn opa. Ze noemen hem Jaap, vast om verwarring met opa te voorkomen. Jaap houdt van verkleden, buiten spelen en is een vrolijke jongen, getuige de foto's die er nog van hem zijn. Zijn liefde voor muziek brengt hem bij het Amsterdams Conservatorium, waar hij viool zou gaan studeren. 

Abraham was al op transport gezet in juni 1942. En 2 of 3 oktober van dat jaar wordt Rebecca 'in bewaring gesteld op het politiebureau'. Een maand later volgt het transport. Rebecca overleeft het kamp niet. Op 5 november 1942 sterft zij in concentratiekamp Auschwitz. 

Vermoedelijk heeft Jaap ondergedoken gezeten nadat zijn ouders zijn afgevoerd. Hij komt in vernietigingskamp Sobibor terecht waar hij op 4 juni 1943, slechts 20 jaar jong, sterft. 

Bronnen: Stadsarchief Amsterdam, Joods Monument, Joods Amsterdam, Oorlogsbronnen