Leentje Lijmer-Aluin
Geboren:
Amsterdam,
Vermoord:
Sobibor,
Bereikte de leeftijd van
43 jaar
Vrolikstraat 46 I, Amsterdam
Onmetelijk verlies van mens, gezin, buurt...
Leentje Lijmer-Aluin woonde samen met haar man Nathan Lijmer, hun zoon Wolf en dochter Heintje in de Oosterparkbuurt, op Vrolikstraat 46 eenhoog. Groentehandelaar Nathan Lijmer verkocht fruit op de markt. Heintje Aluin-Brilleman, de moeder van Leentje, woonde bij hun in.
Het beeld dat naar voren komt uit verhalen en herinneringen, is dat er vóór de Tweede Wereldoorlog in deze buurt een zeer levendige, hechte joodse gemeenschap zich bevond. Informatie over specifieke adressen in de Vrolikstraat vergemakkelijkt het oproepen van de sfeer van toen. In de directe omgeving van Leentjes huis bevonden zich: “de Vrolijke Boterwinkel”, een coiffeur, een handel in aardappelen, groenten, fruit en comestibles, een “Waschverzending Oosterpark”, een volksvleeschhouwerij ORT, een zaak in koloniale waren, kruidenierswaren, wijnen, likeuren en gebak. En verderop in de straat, een keur aan zaken en winkels: van broodbakker en schoenmaker tot Hebreeuwse boekbinderij, van meubelfabriek tot tabak en sigarenhandel, om maar enkele te noemen.
Een beschrijving van hoe het er aan toe ging rond 1920 (uit Ons Amsterdam, 12/1985): “De melkboer en de bakker kwamen de trap op aan de huisdeur. De visman en de kippen- boer hadden hun vaste dagen dat ze langs de deuren kwamen met hun speciale karren. Hun waren werden... onder de ogen van de koopsters en de omringende kinderen op de kar schoongemaakt. ’s Zomers schalde de roep van ‘mooie aardbeien’... tegen de gevels op. ’s Winters waren net ‘gepofte kastanjes’... op een kar met een vuurtje langs de huizen werden verkocht.”
Boven en naast deze commerciële ondernemingen leefden de bewoners, veelal families met kinderen. In de Vrolikstraat woonden vooral arbeiders en ambachtslieden, en de joodse diamantbewerkers waren er ook sterk vertegenwoordigd. Het was een arme buurt - de gegoede joden zaten in de Transvaalbuurt – veel werd op de pof verkocht, maar de saamhorigheid was groot.
Met de Jodenvervolging die begon een paar jaar na de Duitse invasie van Nederland in 1940, kwam er een bruut einde aan deze bijzondere buurtgeschiedenis. Alleen al vanuit de Vrolikstraat werden letterlijk vele honderden mensen weggevoerd. Het verhaal van Leentje en haar familie is, zoals de meesten uit deze buurt, diep tragisch. Niet alleen Leentje zelf, maar het hele familie werd uitgewist: Leentjes moeder, haar man en hun kinderen, haar broer en alledrie zussen, ook hun partners en kinderen... ze zijn allemaal weggevoerd en omgebracht in vernietigingskampen.
Bronnen: Het Geheugen van Oost Amsterdam, Joods Amsterdam, Ons Amsterdam