Alida Schuijer-van Emmen
Geboren:
Haarlem,
Vermoord:
Auschwitz,
Bereikte de leeftijd van
58 jaar
Beroep: Huishoudster
Hoofdstraat 21, Veghel
Alida Schuijer-Van Emmen werd in Haarlem op 25 maart 1884 als eerste kind geboren in het gezin van vader Samuel van Emmen en moeder Jansje de Vries.
Na Alida werden nog drie kinderen geboren: Louis Samuel (1885), Isidore Samuel (1887) en Meijer (1889).
Op 17 september 1908 trouwde Alida van Emmen op 24-jarige leeftijd in Haarlem met de 25-jarige Joseph Schuijer uit Den Haag. Joseph was van beroep musicus. Hij was een telg uit een zeer muzikaal gezin: behalve Joseph werden nog vier van zijn broers beroepsmusicus.
Alida en Joseph vestigden zich na hun huwelijk in Haarlem. Zij werden er op 30 september 1909 de ouders van dochter Rosina Jeanette Schuijer. Later gingen ze in Den Haag wonen. Op 15 oktober 1919 overleed Joseph Schuijer, 36 jaar oud, zo blijkt uit een familiebericht in het Haarlem's Dagblad dd. 16 oktober 1919. Alida werd dus al op 35-jarige leeftijd weduwe.
Na het overlijden van haar man Joseph verdiende Alida Schuijer haar geld als huishoudster. Midden 1937 aanvaardde Alida een betrekking als huishoudster in het huis van Emma de Winter-Cohen op het adres Hoofdstraat 21 te Veghel. Op de begane grond runde Emma een manufacturenwinkel en daarboven was een woonhuis waar Alida inwoonde bij Emma. Later trok ook Emma's nicht Erna Neustadt bij hen in. Alida's dochter Rosina was inmiddels volwassen en woonde in Amsterdam.
Op 27 augustus 1942 ontvingen Alida en haar huisgenoten de oproep om zich de volgende dag op het station van Den Bosch te melden om naar Westerbork te worden gebracht. Erna meldde zich, maar Alida dook onder in een pension in Haarlem onder de valse naam Schut. Dochter Rosina dook ook onder, bij haar verloofde.
Alida en Rosina werden beide op 18 november 1942 opgepakt door de politie in Amsterdam, tijdens een vluchtpoging toen zij zouden worden overgebracht naar Kamp Westerbork.
De opsporing en aanhouding was op verzoek van de burgemeester van Veghel. Het opsporingsbericht werd landelijk verspreid via het Algemeen Politieblad van 24 september 1942. Alida werd ervan verdacht "van woonplaats te zijn veranderd zonder daarvoor de vereiste vergunning te hebben gekregen". Met deze omschrijving werden joden aangeduid die waren ondergedoken.
Uiteindelijk is Alida Schuijer-Van Emmen overgebracht naar Auschwitz, waar zij op 7 december 1942 is overleden. Alida is 58 jaar oud geworden.