Flora Blitz

Teuny van der Wal

Flora woonde samen met haar moeder Aaltje en vader Isaac aan de Gevulde Gracht nummer 15 in Dordrecht. Haar tweelingzus Lena woonde in dezelfde straat op nummer 11. Lena is al gehuwd met de niet-Joodse Bertus Rijsdijk. Op 25 november 1942 worden Flora en haar ouders opgehaald en getranspoteerd via Kamp Westerbork naar Auschwitz. Kort daarop, op 7 december, zijn ze tegelijk aan de gevolgen van de gasverstikking overleden en gecremeerd. 

De Amsterdamse leden van het gezin Blitz ontkwamen evenmin aan de jodenvernietiging. Zoon Elias, vuurstoker koopvaardij van beroep, had al eerder zijn einde gevonden in Auschwitz. Zoon Salomon een week later. Hier bleef het niet bij. Ook het gezin van Klara zijn omgebracht in 1942-1943. 

Vier kinderen plus hun aanhang en de ouders waren nu gedood. Maar er bleven nietttemin leden van de familie Blitz overeind. Drie dochters hebben de oorlog overleefd. Elisabeth en Lena doordat zij met een niet-joodse man getrouwd waren. Ze kregen "dispensatie" en werden niet opgepakt/  Judith, die in Amsterdam woonde had 'gewoon' geluk en wist met haar kinderen aan het vernietigingskamp te ontsnappen. Bertus en Lena Rijsdijk-Blitz kregen dertien kinderen. Aaltje, genoemd naar haar grootmoeder heeft er met de familie voor gezorgd dat er een herdenkingsplek  is gekomen.